Omvormen BVBA naar BV mogelijke optimalisaties

Stel, u gaat binnenkort naar de notaris om de statuten van uw ‘oude’ BVBA aan te passen aan het nieuwe vennootschapsrecht. Vermits een ‘nieuwe’ BV geen kapitaal meer moet hebben, overweegt u om dat uit te keren. Is die uitkering dan belastingvrij of moet er nog roerende voorheffing (rv) ingehouden worden?

Bij de omzetting van je oude Bvba naar de nieuwe vennootschapsvorm BV kan je, onder bepaalde voorwaarden, het oude kapitaal beschikbaar laten maken zodat dit terug kan worden uitgekeerd aan de aandeelhouders.

Voor 2024 moeten alle Bvba’s worden omgezet naar een BV via een statutenwijziging bij de notaris.  Hierbij kan het interessant zijn om je oude maatschappelijk kapitaal, dat in principe steeds “onbeschikbaar” was, bij deze omzetting te laten wijzigen naar “beschikbaar” eigen vermogen.  Zodoende kan je later dit kapitaal uitkeren aan de aandeelhouders wanneer blijkt dat er een overschot aan cash aanwezig is in je vennootschap.

Hierbij moet je wel rekening houden met enkele beperkingen.
Net zoals bij een dividenduitkering kan je dit “beschikbaar” gemaakt kapitaal enkel terugbetalen wanneer je kan aantonen dat de vennootschap dit geld kan missen en er door deze terugbetaling van het oorspronkelijk kapitaal geen liquiditeitsproblemen ontstaan.

Omdat er over dit oude gestort kapitaal, in tegenstelling tot een dividend uit je winsten, geen roerende voorheffing verschuldigd is, zou je in de verleiding kunnen komen om in eerste instantie enkel dit kapitaal terug te betalen i.p.v. een dividend uit je winst.  Om dit te voorkomen voorziet de wetgever een pro-rata regel : in de mate dat je een stuk van je kapitaal uitkeert (zonder inhouding van roerende voorheffing) moet je in dezelfde verhouding ook je opgebouwde winsten uitkeren als een dividend (met roerende voorheffing).

Heb je bv. een historisch gestort kapitaal van 18.550 € waarvan je de helft wil terugnemen, dan moet je ook de opgebouwde beschikbare reserves voor de helft uitkeren als een dividend.  Op deze pro-rata bestaan er enkele uitzonderingen.  Zo kunnen bv. de opgebouwde liquidatiereserves buiten deze berekening worden gehouden.

Vennootschapsrechtelijke regels

Geen kapitaal meer. Waar de BVBA nog minstens een kapitaal van € 18.550 moest hebben, is de BV een vennootschap zonder kapitaal. Het oude kapitaal van uw BVBA werd op 1 januari 2020 automatisch omgezet in ‘onbeschikbaar eigen vermogen’.

Oude kapitaal uitkeren? Ja, u kunt dit onbeschikbaar eigen vermogen in principe volledig laten uitkeren. U moet daarvoor wel naar de notaris, maar dat moet u sowieso doen vóór 1 januari 2024 om de statuten aan te passen aan het nieuwe wetboek vennootschapsrecht, het WVV.

Let op!  De uitkering is enkel mogelijk binnen de perken van de ‘nettoactief- en liquiditeitstest’, al stelt die normaal gezien geen probleem bij artsen.

Tip.  U kunt bij de statutenwijziging enkel het oude kapitaal beschikbaar maken en u kunt het dan later uitkeren zonder notaris.

Tip : voor sommige Bvba’s kan het aangewezen zijn om, in het kader van de VVPR-bis regeling , eerst het geplaatst kapitaal te volstorten alvorens langs de notaris te gaan om de omzetting naar de BV te doen.  Op die manier kan je, onder bepaalde voorwaarden genieten van een roerende voorheffing over dividenden van 15% (i.p.v. 30%) en dit extra gestort kapitaal alsnog terug uitkeren volgens bovenstaande methodiek.

Pro-rataregel

Wat? De uitkering wordt in principe deels aangerekend op het gestort kapitaal en deels op de reserves (art. 18, lid 2-7 WIB 92) . Het deel dat op het gestort kapitaal aangerekend wordt, is belastingvrij, op de rest moet rv ingehouden worden.

Tip.  Het gestort kapitaal is het eigen vermogen dat voortkomt van werkelijk gestorte inbrengen in geld of natura (art. 184, lid 1 WIB 92) .

Let op!  Sinds 1 januari 2017 ingebrachte aandelen worden slechts t.b.v. hun aanschafwaarde bij de inbrenger als gestort kapitaal beschouwd. Het verschil tussen die waarde en de inbrengwaarde is een belaste reserve (art. 184, lid 4 WIB 92) .

Hoe berekenen? De uitkering wordt op het gestort kapitaal aangerekend volgens een breuk waarvan de teller het werkelijk gestort kapitaal bevat en de noemer het werkelijk gestort kapitaal plus de som van alle belaste en de meeste belastingvrije reserves die ‘geïncorporeerd’ zijn in het ‘kapitaal’, en de meeste belaste reserves buiten het ‘kapitaal’.

Uitzonderingen op de pro-rataregel

Vastgeklikte reserves. Heeft u in 2013 of 2014 reserves zgn. vastgeklikt in het kapitaal, dan wordt de kapitaaluitkering eerst op die reserves aangerekend (art. 537, lid 5 en art. 18, lid 2 WIB 92) . Dit deel van de uitkering is volledig belastingvrij.

Geen aanrekening op sommige reserves. Bepaalde reserves moeten niet opgenomen worden in de noemer van de breuk voor de pro-rata-aanrekening. De belangrijkste zijn de liquidatiereserves, daarnaast gaat het om de (vroegere) wettelijke reserve t.b.v. het wettelijke minimum, de verdoken reserves (bv. afschrijvingsexcedenten en onderschattingen van de voorraad), belaste voorzieningen en waardeverminderingen op handelsvorderingen, en onbeschikbare reserves voor eigen aandelen.

Twijfel je wat te doen?  Contacteer je accountant om te komen tot de beste keuze in jouw dossier.