Overzicht meerwaarden op aandelen: vier mogelijke aanslagregimes in de venn.b. vanaf 2013

Overzicht meerwaarden op aandelen: vier mogelijke aanslagregimes in de venn.b. vanaf 2013

Met de begrotingsopmaak voor aanslagjaar 2013 heeft de regering opnieuw gemorreld aan de vrijstellingsregeling voor meerwaarden op aandelen in de vennootschapsbelasting. Een stand van zaken.

In principe belastingvrij

In principe blijven meerwaarden op aandelen, aangehouden door een vennootschap, vrij van belasting. Dit heeft te maken met het feit dat ervan wordt uitgegaan dat de winsten die de meerwaarden veroorzaken reeds werden belast in hoofde van de vennootschap waarvan men aandelen bezit. Fiscaaltechnisch wordt de vrijstelling gerealiseerd door de toevoeging van de meerwaarden aan de begintoestand van de reserves. Noteer dat dit ongeacht het percentage van de aangehouden aandelen is.

Normaal belastingregime in geval van ‘besmette’ aandelen

In lijn met de logica voor de vrijstelling zijn de meerwaarden op aandelen belastbaar voor zover de vennootschappen waarvan de vennootschap aandelen in bezit heeft niet voldoen aan de taxatievereiste. Er wordt dus geen vrijstelling verleend wanneer de winsten nog niet aan vennootschapsbelasting werden onderworpen. De taxatievereiste is dezelfde als deze die geldt inzake de DBI-aftrek.

Fiscaaltechnisch mogen deze meerwaarden niet worden toegevoegd aan de begintoestand van de reserves en worden ze gewoon mee belast met de andere inkomsten.

Nieuw vanaf aanslagjaar 2013: permanentievoorwaarde

Met ingang van aanslagjaar 2013 is voor de vrijstelling eveneens vereist dat voldaan is aan de permanentievoorwaarde. Dit wil zeggen dat de vennootschap de aandelen minstens één jaar in bezit moet hebben opdat de vrijstelling zou kunnen spelen.

In geval een meerwaarde belastbaar is omdat niet is voldaan aan de permanentievoorwaarde, zal deze niet belastbaar zijn aan het normale tarief maar wel aan het afzonderlijke tarief van 25 %.

Parallel hiermee worden bepaalde financiële instellingen van het vrijstellingsregime van de meerwaarden op aandelen uitgesloten in het kader van hun tradingactiviteit. De minderwaarden op aandelen zijn voor deze vennootschap dan weer wel aftrekbaar.

Fiscaaltechnisch worden deze meerwaarden in eerste instantie mee opgenomen in de belastbare grondslag en worden ze in laatste instantie afgesplitst van de code 112 en overgeheveld naar de code 118.

Deze meerwaarden zullen echter niet altijd aan belasting worden onderworpen, m.a.w. in geval van een verliessituatie. De meerwaarde moet niet worden afgezonderd, zoals dat bv. wel het geval is voor de verkregen abnormale of goedgunstige voordelen.

Voorbeeld afzonderlijke belastbare meerwaarde aan 25 %

Stel, een vennootschap realiseert een meerwaarde van 100 op aandelen die geen jaar in volle eigendom zijn.

Eerste scenario: de vennootschap heeft een ‘gewoon’ belastbaar resultaat van 1.000; 1.000 zal worden belast aan 33 % en 100 aan 25 %.

Tweede scenario: de vennootschap heeft een ‘gewoon’ belastbaar resultaat van -20; de meerwaarde beperkt tot 80 is belastbaar aan 25 %.

Derde scenario: de vennootschap heeft een ‘gewoon’ belastbaar resultaat van -150; de meerwaarde zal niet worden belast; er is een overdraagbaar verlies van 70.

Invloed op overdraagbare verliezen

In de praktijk stelt zich de vraag of, in de mate dat het overdraagbare verlies werd verminderd met een aan 25 % te belasten meerwaarde, het belastbare resultaat van de volgende jaren dat voortkomt uit het feit dat het overdraagbare verlies verminderde, op dat moment belastbaar zal zijn aan 25 %.

Voorbeeld: in het jaar X is het resultaat -80, waarin begrepen een meerwaarde belastbaar aan 25 % ten belope van 20. Zonder deze meerwaarde zou het resultaat -100 geweest zijn. In het jaar X+1 wordt een belastbaar resultaat geboekt van 100. Dit mag worden verminderd met 80 (verlies van jaar X), maar wanneer er geen meerwaarde op aandelen van 25 % was geweest, zou de aftrek 100 bedragen. De vraag die zich stelt is of de 20 die belastbaar is in het jaar X+1 dan belastbaar is aan het tarief van 25 %.

Nieuw vanaf aanslagjaar 2014

Meerwaarden op aandelen voor ‘grote’ vennootschappen belastbaar aan 0,4 % (ook wel ‘Tobin-taks’ genoemd).

In het kader van de opmaak van de begroting van 2013 is beslist om de meerwaarden op aandelen die tot nu toe voor volledige vrijstelling in aanmerking kwamen, te belasten aan 0,4 %.

Deze belasting is enkel verschuldigd door vennootschappen die niet als klein kunnen worden aangemerkt in de zin van artikel 15 W.Venn.

Fiscaaltechnisch blijven de meerwaarden toegevoegd aan de begintoestand van de reserves zodat zij uit het fiscaal resultaat worden gehaald.

De belasting van 0,4 % zal altijd verschuldigd zijn, net zoals bv. de verkregen abnormale of goedgunstige voordelen. Dus ook in een verliessituatie zal een vennootschap deze meerwaardebelasting verschuldigd zijn.

Deze afzonderlijke belasting lijkt laag, maar toch blijkt uit de pers dat ze stoort voor groepen die België als holdingland hebben uitgekozen.

Besluit

Het principe van de vrijstelling van meerwaarden op aandelen blijft overeind, maar in de praktijk genieten enkel nog ‘kleine’ vennootschappen die meerwaarden realiseren op aandelen die voldoen aan de taxatievereiste en die langer dan één jaar worden aangehouden, van een volledige vrijstelling.