Btw-Regelgeving voor Gemengde Btw-Plichtigen

Een gemengde btw-plichtige,
die naast btw-belaste handelingen ook btw-vrijgestelde activiteiten verricht, geniet niet van een volledig recht op btw-aftrek.

De berekening
van de btw-aftrek voor een gemengde btw-plichtige geschiedt doorgaans via een algemeen verhoudingsgetal of via de methode van werkelijk gebruik.
Indien de keuze valt op de laatstgenoemde methode, is een tijdige voorafgaandelijke kennisgeving vereist.
Daarnaast is er een administratief tolerantiebeleid betreffende de benodigde aanvullende gegevens.

Definitie van een Gemengde Btw-Plichtige
Een standaard btw-plichtige heeft normaliter volledig recht op btw-aftrek op inkomende facturen, met inachtneming van de geldende beperkingen.
Een gemengde btw-plichtige kan echter de btw op inkomende facturen niet volledig recupereren, aangezien naast btw-belaste handelingen ook handelingen worden verricht die vrijgesteld zijn van btw conform artikel 44 van de Wet op de Btw.
Deze vrijgestelde handelingen laten geen btw-recuperatie toe.
Bijvoorbeeld, een arts die zowel therapeutische (btw-vrijgesteld) als niet-therapeutische handelingen verricht, wordt beschouwd als een gemengde btw-plichtige met een beperkt recht op btw-aftrek.

Bepaling van de Btw-Aftrek:Twee Methoden 
De btw-aftrek voor een gemengde btw-plichtige kan op twee manieren worden berekend.
De gangbare methode is via een algemeen verhoudingsgetal, berekend aan de hand van een breuk waarbij de teller bestaat uit de btw-belaste omzet en de noemer uit zowel de btw-belaste als btw-vrijgestelde omzet.

Afwijken van deze methode
is mogelijk door de regel van het werkelijk gebruik toe te passen.
Hierbij is de btw-aftrek op facturen die toewijsbaar zijn aan de btw-belaste omzet volledig aftrekbaar, terwijl voor facturen gerelateerd aan de btw-vrijgestelde omzet geen aftrek mogelijk is.
Voor facturen die betrekking hebben op zowel de btw-belaste als de btw-vrijgestelde handelingen, wordt een bijzonder verhoudingsgetal gehanteerd.

Voorafgaandelijke Kennisgeving bij Werkelijk Gebruik
Elke gemengde btw-plichtige die kiest voor de methode van het werkelijk gebruik, dient hiervan een voorafgaandelijke kennisgeving te doen via MyMinfin, specifiek via de applicatie e604.
Dit omvat het formulier e604A voor startende ondernemingen en e604B voor reeds bestaande ondernemingen.

Bijkomende Stappen en Tolerantiebeleid
Naast de voorafgaandelijke kennisgeving dienen bijkomende gegevens verstrekt te worden, zoals het definitieve algemene verhoudingsgetal van het voorgaande kalenderjaar en de verdeling van de kosten gerelateerd aan volledige btw-recuperatie en gedeeltelijke recuperatie.
Voor het jaar 2023 is er een tolerantie ingesteld, waarbij de termijn voor het verstrekken van deze aanvullende gegevens is uitgesteld tot 2024.

Dit betekent dat kwartaalaangevers de gegevens uiterlijk bij de btw-aangifte over het eerste kwartaal van 2024 moeten overmaken, terwijl maandaangevers uitstel krijgen tot de btw-aangifte over één van de eerste drie maanden van 2024.
Voor maandaangevers die reeds het werkelijk gebruik toepassen, is er zelfs uitstel tot de btw-aangifte over mei 2024.

 Expliciete keuze

Wenst u het systeem van het werkelijk gebruik toe te passen, dan moet u daarvoor een verzoek indienen bij de Btw. De huidige regeling vereist dat u daarvoor een gewone brief richt aan uw bevoegd btw-kantoor waarin u stelt dat u opteert voor de aftrek volgens het werkelijk gebruik en waarin u ook omschrijft welk(e) bijzonder(e) verhoudingsgetal(len) u zal toepassen. De Btw zal uw schrijven dan aan een onderzoek onderwerpen. Indien ze geen opmerkingen heeft, zal ze u toestemming geven om de methode van het werkelijk gebruik toe te passen. Het kan natuurlijk ook voorkomen dat er bijkomende vragen zijn. Die moet u dan beantwoorden. Het kan ook zijn dat u bepaalde aanpassingen moet doen aan uw bijzonder(e) verhoudingsgetal(len).

Wat gaat er veranderen?

Aangezien men van oordeel is dat de huidige keuzeprocedure tijdrovend en omslachtig is, zal het binnenkort volstaan om de keuze voor de methode van het werkelijk gebruik uit te oefenen door het aankruisen van een vakje in het formulier 604A (voor startende ondernemingen) of 604B (voor bestaande ondernemingen die wensen over te stappen van het systeem van het algemeen verhoudingsgetal naar dat van het werkelijk gebruik). Een omstandige omschrijving van het (de) gehanteerde bijzondere verhoudingsgetal(len) is dan iets meer vereist. Het is wel nog even wachten vooraleer die nieuwe regels in werking zullen treden. Dat zal het geval zijn vanaf 1 januari 2023.