Impact Brexit op vennootschapsbelasting

Sinds 31 januari 2020 heeft de UK de EU eindelijk verlaten. Om belastingplichtigen zo goed mogelijk voor te bereiden, wordt de UK tot het einde van dit jaar beschouwd als een EU lidstaat voor vennootschapsbelasting- en roerende voorheffing doeleinden. Wat zijn de belangrijkste gevolgen vanuit een vennootschapsbelasting perspectief na 2020? Hierna lijsten we alvast een aantal fiscale aandachtpunten op waarvan u zich bewust moet zijn.
  • Post-Brexit kan een belastingplichtige niet langer de directe werking van een EU-richtlijn afdwingen voor de Europese rechter wanneer hij vindt dat een internrechtelijke belastingregel indruist tegen een EU-richtlijn.
  • Anderzijds blijven de dubbelbelastingverdragen die de UK heeft afgesloten onverkort van toepassing. In de meeste landen, incl. België, primeert een verdragsregel op de interne fiscale wetgeving.
  • Wat grensoverschrijdende dividenduitkeringen tussen vennootschappen vanaf 2021 betreft, zijn de gevolgen als volgt:
    • Wanneer het dividend wordt uitgekeerd door een Belgische vennootschap, is de impact nihil want België kent een vrijstelling van roerende voorheffing (“RV”) voor moedervennootschappen die fiscaal inwoner zijn van een verdragsland (bvb. de UK). Voorwaarde is wel dat de moeder rechtstreeks een 10% minimumdeelneming gedurende minstens één jaar in de Belgische dochter aanhoudt.
    • Wanneer het dividend wordt uitgekeerd door een UK vennootschap is, is de impact eveneens nihil omdat de UK (voorlopig) geen bronheffing loslaat op dividenduitkeringen. Bovendien voorziet het dubbelbelastingverdrag met België in een vrijstelling mits een rechtstreekse 10% deelneming gedurende een ononderbroken periode van reeds minstens 12 maanden.
  • Ook aan de toepassing van de aftrek voor Definitief Belaste Inkomsten (“DBI-aftrek”) verandert er niets. Een Belgische moedervennootschap kan dus in principe na 2020 nog steeds een 100% DBI-aftrek m.b.t. een dividend van haar UK dochtervennootschap claimen in de VennB aangifte.
  • Vanaf 2021 komen de gerealiseerde netto-meerwaarden op aandelen van een UK vennootschap nog steeds in aanmerking voor een vrijstelling van Belgische vennootschapsbelasting indien de DBI-voorwaarden voldaan zijn.
  • Wat grensoverschrijdende interest- en royaltybetalingen betreft, zorgt het dubbelbelastingverdrag tussen België en de UK vanaf 2021 voor een mogelijke vrijstelling van bronheffing omdat niet meer kan teruggevallen worden op de EU Interest & Royalty richtlijn, zoals omgezet in het intern recht van België en de UK. Als er geen verdragsbescherming wordt ingeroepen, betaal je 20% bronheffing in de UK en 30% RV in België. Merk op dat de formaliteiten om deze verdragsvrijstelling te kunnen claimen voortaan anders zijn dan voorheen.
  • Wat grensoverschrijdende reorganisaties (bvb. fusie, splitsing, zetelverplaatsing, enz.) vanaf 2021 betreft, kan niet meer teruggegrepen worden naar de regelgeving met het oog op fiscaal neutrale herstructureringen bij toepassing van de EU – Fusierichtlijn. Echter, omdat grensoverschrijdende reorganisaties doorgaans ook vennootschapsrechtelijk flink wat voeten in de aarde hebben, komen deze in de praktijk niet zo heel erg veel voor.
  • Bovendien stelt zich nog de vraag of de UK zal toetreden tot de Europese Economische Ruimte (“EER”). Zo niet:
    • Kunnen Belgische vennootschappen met een gemeenschappelijke UK moedervennootschap die een rechtstreekse minimumdeelneming van 90% in beide vennootschappen heeft, niet langer toepassing maken van het Belgische fiscale consolidatie regime.
    • Vanaf 2020 zijn de fiscale verliezen van een buitenlandse vaste inrichting enkel aftrekbaar van de Belgische belastbare basis in zoverre deze verliezen gerealiseerd werden binnen de EER en “definitief” zijn (bvb. wanneer de vaste inrichting formeel wordt gesloten).
    • Wanneer de UK geen deel meer uitmaakt van de EER zullen heel wat Belgische belastingvoordelen (deels) komen te vervallen. In het bijzonder, moet de aandacht gevestigd worden op de toepassingsvoorwaarden van het stelsel van gespreide taxatie voor meerwaarden op bepaalde activa, de DBI-aftrek in combinatie met “slechte” verworpen uitgaven, het tax shelter regime, de exitheffingen, enz..
Kortom, de Brexit zal een grote impact hebben voor bedrijven die regelmatig zaken doen met de UK vanaf 2021. Gelet op de vele fiscale en juridische bijsturingen die nodig zijn met het oog op een tijds- en kostenefficiënte instap in het post-Brexit tijdperk wordt hier best tijdig en gepast werk van gemaakt.