- 16 september 2009
- Posted by: Wouter
- Categorie: Tips & tricks
In de bestaande regeling kan de teruggaaf van BTW maar worden gevraagd aan het einde van een kalenderkwartaal. Concreet betekent dit dat ook maandaangevers de terugbetaling alleen kunnen vragen via de aangifte die slaat op de laatste maand van een kalenderkwartaal. Het gaat dus om de BTW-aangifte over de maanden maart, juni, september en december. De BTW-aangifte wordt ingediend uiterlijk de twintigste van de volgende maand (dus 20 april, enz.). Bovendien duurt het in de praktijk dan nog minstens vier à zes weken vooraleer het uitstaande BTW-tegoed effectief wordt terugbetaald op de bankrekening van de belastingplichtige.
Bepaalde belastingplichtigen hebben vandaag al de mogelijkheid om deze voorfinanciering te beperken, en maandelijks terugbetaling te vragen. Het gaat om belastingplichtigen van wie de omzet van het afgelopen kalenderjaar voor minstens 30 % bestond uit exportverkopen of uit intracommunautaire leveringen, en dient het btw-tegoed dat tijdens het vorige kalenderjaar ontstond, minstens 12.390 EUR bedragen.
In alle andere gevallen kan een uitstaand BTW-tegoed dus alleen maar op het einde van het kwartaal worden teruggevraagd.
De voorwaarden worden nu in die zin aangepast dat:
· minstens 30 % van de omzet van het voorgaande kalenderjaar moet bestaan uit specifiek in het K.B. vermelde handelingen.
· het minimumbedrag van het uitstaande BTW-tegoed van het vorige jaar, wordt verlaagd tot 12.000 EUR.
· geen beperking in de tijd van deze maatregel.
· onder meer de volgende gevallen onder de regeling vallen:
- de gevallen waarin de Koning een verleggingsregeling heeft ingevoerd. Hieronder valt de ‘regeling medecontractant’ op grond waarvan de BTW verschuldigd op werk in onroerende staat, verplicht moet worden voldaan door de belastingplichtige afnemer die een periodieke BTW-aangifte indient
- de tweede uitbreiding van de maandelijkse teruggaaf geldt voor situaties waarin men leveringen van goederen en diensten verricht waarvoor het verlaagde BTW-tarief van toepassing is overeenkomstig de artikelen 1bis, 1quater tot 1sexies van het tarieven-K.B. nr. 20 en de rubrieken XXXI, XXXII, XXXIII, XXXVI en XXXVII van tabel A van de bijlage bij het voornoemd koninklijk besluit. Hier worden bedoeld, de gevallen waarin het verlaagd BTW-tarief van 6 % van toepassing is in de bouwsector.
- de derde uitbreiding van de maandelijkse teruggaaf geldt voor situaties waarin men leveringen van goederen en diensten verricht die in het buitenland plaatsvinden binnen de door of vanwege de Minister van Financiën te bepalen beperkingen en voorwaarden, in concreto de handelingen die volgens de plaatsbepalingsregels in het buitenland plaatsvinden, en die dus niet onderworpen zijn aan Belgische BTW (bijvoorbeeld de leveringen van goederen met installatie in het buitenland, de diensten die worden geacht plaats te vinden waar de buitenlandse afnemer van de dienst is gevestigd.
Bijkomende voorwaarden en beperkingen zullen door de Minister van Financiën worden bepaald.
De uitbreiding van de maandelijkse teruggaaf verandert niets aan de bestaande procedure. De maandelijkse teruggaaf kan alleen worden bekomen mits, op schriftelijke aanvraag, daartoe vergunning is verleend door het hoofd van het BTW-controlekantoor waaronder de belastingplichtige ressorteert. De aanvraag moet melding maken van alle elementen die nodig zijn om na te gaan of de belastingplichtige de bijzondere voorwaarden vereist voor het bekomen van deze teruggaaf, vervult. De belastingplichtigen die de maandelijkse teruggaaf vroeger niet konden genieten, maar nu wel, zullen dus de vergunning moeten aanvragen.