- 16 november 2015
- Gepost door: Wouter
- Categorie: Tips & tricks
‘Het is een bizarre vaststelling. Voortaan behoudt een Belg die belegt of investeert via een Belgische bank, veel meer privacy dan zijn buur die dat doet bij een buitenlandse bank, , de gevolgen van FATCA en CRS. Zij zijn de praktische uitvoering van de internationale strijd tegen fiscale fraude die politiek bovenaan op de agenda kwam in de nasleep van de financiële bankencrisis en de schandalen zoals Swiss- en LuxLeaks.
De Verenigde Staten speelden in die strijd met hun FATCA-wetgeving een katalyserende rol door van de automatische uitwisseling tussen fiscale administraties de norm te maken. FATCA staat voor ‘Foreign Account Tax Compliance Act’. Die wet verplicht financiële instellingen wereldwijd hun Amerikaanse klanten te identificeren en vervolgens informatie over hun financiële rekeningen uit te wisselen. België heeft dat bilaterale akkoord met de VS in 2014 ondertekend. Belgische financiële instellingen moeten vanaf 2016, een jaar later dan aanvankelijk gepland, de gegevens van Amerikaanse rekeninghouders doorgeven. In 2016 gaat het over de gegevens vanaf juli 2014. Nadien volgt een jaarlijkse uitwisseling.
De OESO en de Europese Unie
konden niet achterblijven en volgden met de zogenaamde Common Reporting Standard CRS. Die multilaterale akkoorden verplichten alle financiële instellingen van de deelnemende landen om zeer gedetailleerde informatie over de rekeningen van hun buitenlandse cliënten door te geven aan de nationale fiscale administratie. Die laatste speelt die informatie op haar beurt door aan de fiscus van het land waar de cliënt zijn fiscale woonplaats heeft. Die informatie-uitwisseling begint in 2017. Maar de financiële instellingen begonnen begin 2016 al met het registreren van de informatie die ze moeten doorspelen. Want het gaat in 2017 over de inkomsten en saldi van 2016. Met andere woorden: hebt u in 2016 een rekening in het buitenland, dan zal de informatie daarover in 2017 doorgespeeld worden aan de Belgische fiscus. Zelfs als u die rekening op 2 januari 2016 afsloot.
Door CRS wordt automatisch gegevens uitwisselen de regel. Tot nu toe wisselen de fiscale administraties maar informatie uit op verzoek. Deze opzienbarende mentaliteitswijziging is niet de enige factor die van CRS een maatregel zonder weerga maakt. Ook de schaal is nooit eerder gezien. Al 61 landen hebben hun handtekening gezet onder de richtlijn, 29 andere landen hebben zich geëngageerd dat te doen. Onder die landen de 28 EU-lidstaten, waaronder het populaire Luxemburg. Maar ook Zwitserland, Liechtenstein en beruchte belastingparadijzen zoals de Kaaimaneilanden. België heeft CRS op 29 oktober 2014 ondertekend en zal de richtlijn tegen eind dit jaar omzetten in nationale wetgeving. De ministerraad heeft eind vorige week het voorontwerp van wet goedgekeurd, die nu nog groen licht moet krijgen van het Parlement.
Rondneuzen
De hoeveelheid informatie die internationaal zal worden uitgewisseld is spectaculair. ‘Behalve de identificatiegegevens van de cliënt en de rekening, gaat het ook over de saldi van buitenlandse rekeningen, de financiële opbrengsten en zelfs het brutobedrag van effecten die verkocht worden. Ook over bepaalde verzekeringsproducten (kapitaal en lijfrenteverzekeringen) zal informatie uitgewisseld worden’, zegt Smet. ‘Vanuit Belgisch perspectief gaat dit veel verder dan we gewoon zijn’, benadrukt de advocaat. In België kennen we sinds 2014 weliswaar het Centraal Aanspreek Punt (CAP), een register van alle Belgische bankrekeningnummers, maar de informatie daarin is veel beperkter. Alle Belgische banken moeten jaarlijks, ten laatste op 31 maart, enkel de identificatiegegevens van de rekeningen, zijnde de naam van de cliënt en het bankrekeningnummer doorgeven.
Bovendien, en ook dat is een belangrijk onderscheid met CRS, kan de fiscus niet zomaar in het CAP gaan neuzen. Het CAP wordt beheerd door de Nationale Bank van België. De fiscus kan het alleen onder strikte voorwaarden inkijken. Bijvoorbeeld bij aanwijzingen van belastingontduiking. En zelfs in dat geval mag enkel een beperkt aantal belastingambtenaren die informatie inkijken. De informatie die wordt uitgewisseld tussen de lokale fiscale administraties over buitenlandse rekeningen daarentegen, is op elk moment open en bloot beschikbaar voor de fiscale administratie.
Telefoonboek
‘De filosofie van het CAP is anders dan die van CRS’, verduidelijkt Rodolphe de Pierpont, jurist-fiscalist bij sectorfederatie Febelfin het verschil. ‘Het CAP is in een soort telefoonboek voor de fiscus. In het kader van een fiscaal onderzoek kan hij het CAP raadplegen om te weten bij welke banken de belastingplichtige klant is. Vervolgens zal de fiscus aan de bank in kwestie vragen om gegevens over die cliënt door te spelen. In dat geval mag hij enkel relevante informatie opvragen. Informatie over verrichtingen van 15 jaar geleden is bijvoorbeeld niet relevant, gezien de fiscale verjaringstermijn van 7 jaar. CRS is daarentegen een echt controle-instrument, waarmee de fiscus kan nagaan of een belastingplichtige zijn verplichting om buitenlandse inkomsten en vermogens aan te geven correct heeft nageleefd.
Welke informatie bevat het Centraal Aanspreekpunt en wie moet die informatie bezorgen?
· Sinds 2014 geven Belgische banken één keer per jaar, ten laatste op 31 maart, naam en nummer van Belgische rekeningen en contracten zoals hypothecaire kredieten door.
· Sinds dit jaar moet u zelf de identificatiegegevens over uw buitenlandse rekeningen bezorgen, ten laatste samen met het indienen van uw belastingaangifte.
Ook dat is een wezenlijk verschil met uw rekeningen in België. De inkomsten daarop blijven volledig onder de fiscale radar. Strijkt u rente of een dividend op, dan houden de banken de verschuldigde roerende voorheffing in. Zij storten deze vervolgens door aan de fiscus. En daarmee zijn voor u al uw fiscale verplichtingen voldaan. U hoeft nergens nog in uw aangifte te melden dat u inkomsten heeft opgestreken op een Belgische rekening, noch dat u houder bent van een Belgische rekening. Bezit u een buitenlandse rekening, dan moet u daarentegen sinds enkele jaren daarvoor enkele vakjes in uw belastingaangifte aankruisen .
Confrontatie
De vraag is natuurlijk wat de Belgische fiscus zal doen met die massa aan gegevens die hij vanaf 2017 jaarlijks op een schoteltje gepresenteerd krijgt. ‘Die gegevens worden opgenomen in het fiscale dossier van de belastingplichtige. Wij zullen die gegevens exploiteren. Enerzijds automatisch (door datamining, red.) en anderzijds op basis van risicoprofielen’, woordvoerder van de federale overheidsdienst Financiën. ‘We zullen de gegevens bijvoorbeeld ‘confronteren met de aangiftegegevens’. Met andere woorden: krijgt de fiscus via een buitenlandse collega door dat u een rekening hebt in het buitenland, dan zal hij controleren of u die wel gemeld heeft in uw aangifte. Welke concrete controle-acties opgezet zullen worden, moet de FOD Financiën nog beslissen. Daarvoor zullen werkgroepen opgericht worden.
Wat zult u als rekeninghouder merken van dat alles? In eerste instantie niet bijster veel. Opent u vanaf volgend jaar een rekening bij een Belgische bank, dan zal de bank u vragen of u alleen in België belastingplichtig bent. De bank zal u met name vragen naar ‘uw fiscale woonplaats’. Is dat België, dan blijft het daarbij. Is dat een ander land dat deelneemt aan CRS, dan zal de Belgische bank de gegevens over uw rekening doorgeven aan de Belgische fiscus, die die informatie doorgeeft aan de fiscus van het betrokken land. Zelf hoeft u daar niets voor te doen Omgekeerd, stel dat u al jaren bij een Spaanse bank een zichtrekening aanhoudt om uw nutsfacturen van uw Spaanse vakantiewoning te betalen. Dan weet de Spaanse bank al dat u belastingplichtig bent in België en zal ze de gegevens van uw zichtrekening doorgeven aan de Spaanse fiscus, waardoor ze vervolgens bij de Belgische fiscus belandt.
Fiscale regularisatie als geroepen
De financiële instellingen worden verantwoordelijkheid om al die informatie bij de fiscus te doen belanden. ‘Voor alle Belgische banken samen betekent het een investering van enkele miljoenen euro’s. Maar we gaan volledig mee in dat verhaal’, zegt de Pierpont. Idem voor de buitenlandse banken. Buitenlandse cliënten die de oorsprong van hun kapitaal niet kunnen bewijzen, zijn haast nergens nog welkom. Luxemburg en Zwitserland bijvoorbeeld hebben op dat vlak hun cliëntenpolitiek helemaal gewijzigd. Vroeger speelden ze discretie uit om klanten te lokken, nu verkopen ze het feit dat al hun klanten fiscaal zuiver op de graat zijn als een kwaliteitslabel.
In dat kader komt de fiscale regularisatie, die vanaf begin volgend jaar opnieuw mogelijk is in België, als geroepen voor spaarders die nog iets recht te zetten hebben. Want in dat geval kunt u een regularisatie-attest voorleggen als bewijs dat u uw zonden afgekocht heeft. Kiest u ervoor om uw tegoeden in het buitenland aan te houden, dan kan dat. Regulariseren impliceert immers niet noodzakelijk dat u uw geld repatrieert naar België. Maar wie in het buitenland blijft, weet dat verstoppertje spelen met de Belgische fiscus voorgoed verleden tijd is. Terwijl wie naar België terugkeert daarentegen kan genieten van discretie die in het buitenland verleden tijd is.
Advocaten menen dat dit onderscheid een belemmering kan zijn voor buitenlandse financiële instellingen om spaartegoeden van Belgische spaarders aan te trekken. Of zo’n belemmering te verantwoorden is in het licht van het vrij verkeer van diensten zal nog moeten blijken.