- 29 maart 2020
- Gepost door: Wouter
- Categorie: FAQ
Zelfstandigen die door de coronacrisis hun activiteiten onderbreken, hebben in maart en april naast de hinderpremie ook recht op het overbruggingsrecht, zeg maar een soort werkloosheidsuitkering.
Werknemers die tijdelijk werkloos zijn door de coronacrisis, ontvangen een werkloosheidsuitkering van maximaal 1.520 euro bruto. Zelfstandigen die door de coronacrisis hun activiteiten (moeten) onderbreken, hebben ook recht op een uitkering, het zogenaamde overbruggingsrecht van 1.291 euro netto (zonder gezinslast)
Dat is een uitkering voor zelfstandigen die door omstandigheden hun activiteit (al dan niet in een vennootschap) een tijdlang of misschien zelfs definitief moeten stopzetten. Ze krijgen dan tot 12 of 24 maanden een financiële uitkering en hoeven intussen geen sociale bijdragen te betalen, maar behouden wel enkele sociale rechten.
In het algemeen zijn er vier mogelijke situaties waarin een zelfstandige een beroep kan doen op het overbruggingsrecht:
een faillissement
een collectieve schuldenregeling
een gedwongen onderbreking
en economische moeilijkheden
De regering breidde de toegang tot dit overbruggingsrecht uit naar aanleiding van de coronacrisis. Met die regeling dekt het overbruggingsrecht niet alleen de specifieke getroffen sectoren, maar ook elke onderbreking van de beroepsactiviteit die minstens zeven kalenderdagen duurt.
De uitbreiding van het overbruggingsrecht geldt voorlopig voor de maanden maart en april. De aanvraag ervoor kan worden gecumuleerd met de coronahinderpremie. Ongeveer 135.000 zelfstandige ondernemers hebben al een aanvraag ingediend voor dit vervangingsinkomen.
Ook de zelfstandigen in bijberoep kunnen een beroep doen op de steunmaatregel, op voorwaarde dat ze sociale bijdragen betalen die even hoog zijn als de minima die gelden voor zelfstandigen in hoofdberoep
Ook zelfstandigen die in het verleden al genoten van het maximum aantal maandelijkse uitkeringen (12 of 24 maanden) in het overbruggingsrecht kunnen beroep doen op het coronaoverbruggingsrecht. Bovendien tellen de periodes in het kader van deze tijdelijke maatregel niet mee voor het maximale aantal toekomstige toekenningen in het overbruggingsrecht.