Heeft een patrimoniumvennootschap nog zin ?

 

Een patrimoniumvennootschap is geen specifieke vennootschapsvorm. Zij kan bijgevolg iedere bestaande vennootschapsvorm aannemen, zoals een NV, een BVBA, een commanditaire vennootschap op aandelen (Comm.VA)., …

Het begrip patrimoniumvennootschap verwijst eigenlijk naar haar doel: het beheer van een vermogen bestaande uit roerende en/of onroerende goederen. In principe blijft de vennootschap door deze doelsomschrijving een burgerlijke vennootschap met een handelsvorm, zonder dat zij daden van koophandel stelt en zonder dus een handelsvennootschap te zijn.

In het verleden bleek de patrimoniumvennootschap vooral een interessant instrument om de fiscale en parafiscale druk op het privévermogen te verminderen. Maar vanaf 1994 zijn een reeks maatregelen getroffen die het succes van de patrimoniumvennootschap fel afzwakten, o.m.:

§                           

§                          de verhoging van het registratierecht op inbrengen van onroerende goederen door een privépersoon in een vennootschap van 0,5% naar 12,5%;

§                          de verlaging van de successierechten op roerende goederen in rechte lijn en tussen echtgenoten;

§                          negatieve rulings van de fiscus over het gebruik van de patrimoniumvennootschap in het kader van de familiale opvolgingsproblematiek (meer bepaald over de afwezigheid van het criterium van de “rechtmatige financiële of economische behoeften”).

Nochtans zouden de fiscale motieven niet de doorslag mogen geven voor de oprichting van een patrimoniumvennootschap. Zo kunnen immers familiale en professionele redenen belangrijk, zo niet de belangrijkste motivatie, zijn bij de vraag naar de wenselijkheid van een patrimoniumvennootschap, bijvoorbeeld :

§                           

§                          het vermijden van versnippering van het vermogen, die vaak optreedt in het kader van een normale juridische erfopvolging;

§                          de wens om reeds op voorhand te voorzien in een opvolgingsregeling voor de familiale onderneming, met een uitsplitsing tussen het onroerend goed en de eigenlijke ondernemingsexploitatie.

Wanneer uiteindelijk gekozen wordt voor de oprichting van een patriomoniumvennootschap om zijn vermogen stuctuur te geven, zal het van belang zijn alles zo professioneel mogelijk te organiseren, en dit vooral op juridisch en fiscaal vlak.