Het belang van een aangifte van schuldvordering bij faillissement

Als uw schuldenaar failliet wordt verklaard, mag u niet treuzelen. U moet een aangifte van schuldvordering indienen in het faillissement. Wie te laat zijn schuldvordering indient of zijn schuldvordering niet correct bewijst, verliest zijn kans op vergoeding.

Vereffening van het vermogen

Het faillissement is een gedwongen collectieve vereffening van het vermogen van de failliete handelaar of handelsvennootschap.
De vereffening is ‘gedwongen’ want de gefailleerde verliest zelf de bevoegdheid om nog beslissingen over zijn/ haar vermogen te nemen. De vereffening is ‘collectief’ want in het belang van alle schuldeisers van de betrokkene.
Aan het hoofd van het vermogen komt de curator te staan. Hij zal alle roerende en onroerende goederen van de gefailleerde te gelde te maken en alle inbare schuldvorderingen  invorderen om onder de schuldeisers te verdelen. Dit gebeurt onder controle van de rechter-commissaris en van de rechtbank van koophandel.

Termijn voor aangifte van schuldvordering

Als schuldeiser moet u aangifte doen op de griffie van de bevoegde rechtbank van koophandel van uw schuldvordering door de neerlegging van een  gedetailleerde schuldvordering met alle bewijzen (bv. overeenkomsten, facturen, aanmaningen, vonnissen, enz.).

De rechtbank van koophandel bepaalt in het faillissementsvonnis de termijn waarbinnen de schuldeiser die aangifte moet doen.
Dit vonnis wordt gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad zodat alle schuldeisers daarvan worden “geacht” op de hoogte te zijn.
De termijn om een schuldvordering in te dienen, bedraagt in principe dertig dagen.
Het recht om een schuldvordering in te dienen, verjaart in elk geval ten laatste één jaar na het vonnis van faillietverklaring.

Controle door curator via pv van verificatie

Na afloop van de termijn voor aangifte van de schuldvorderingen moet de curator de ingediende schuldvorderingen verifiëren. De curator maakt dan een proces-verbaal (pv) van verificatie van schuldvorderingen op. Het eerste pv van verificatie wordt uiterlijk op de in het faillissementsvonnis vermelde dag op de griffie van de rechtbank van koophandel neergelegd. Daarna volgen nog aanvullende verificatie-pv’s maar – sinds 1 november 2015 – volstaat één verificatie-pv per jaar en dit gedurende drie jaar, in plaats van vijf aanvullende pv’s.
In een aanvullend pv van verificatie herneemt de curator het vorige pv van verificatie, zet hij de verificatie van de aangehouden schulden verder en verifieert hij de schulden die sinds het vorige pv op de griffie zijn ingediend.

De curator heeft drie mogelijkheden:

hij kan de schuldvordering aanhouden tot een later tijdstip omdat onmiddellijke controle niet mogelijk is (bv. hij beschikt niet over de boekhouding van de gefailleerde);

hij kan uw schuldvordering aanvaarden als zijnde bewezen;

hij kan, indien uw schuldvordering volgens hem niet voldoende gestaafd of bewezen is, deze volkomen of gedeeltelijk verwerpen.

De aanvaarding van een schuldvordering door de curator in een proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen is onherroepelijk tenzij er sprake is van bedrog of overmacht. Het principe van de onherroepelijkheid geldt wel enkel ten aanzien van de vordering, die in de aangifte van schuldvordering is opgenomen, en enkel ten overstaan van de gefailleerde.

Tegen de beslissing van de curator kunnen de gefailleerde en de schuldeisers zich verzetten. Het formuleren van de bezwaren moet binnen de maand na de neerlegging van het proces-verbaal gebeuren.

De rechter-commissaris verwijst de betwiste schuldvorderingen naar de rechtbank.

Te laat of geen aangifte, wat nu?

Schuldeisers die hun aangifte niet hebben ingediend binnen de termijn die in het vonnis is vermeld, kunnen dit nog doen tot op het ogenblik van de oproeping voor de afrekeningsvergadering. De nalatige schuldeisers komen dan wel enkel in aanmerking voor het nog niet verdeeld actief. Bovendien moeten zij de kosten voor hun opname in het passief zelf dragen.

Doet de schuldeiser geen aangifte van schuldvordering, dan zal hij zijn rechten als schuldeiser pas kunnen hernemen na de afsluiting van het faillissement. Pas op dat ogenblik kan hij de schuldenaar vervolgen voor de niet-betaalde schuld, op voorwaarde dat de gefailleerde niet verschoonbaar is verklaard.

Sluiting van het faillissement en uitbetaling

Wanneer alle realiseerbare activa te gelde werden gemaakt en alle betwistingen zijn opgelost, roept de curator alle aanvaarde schuldeisers samen. Hij legt hen zijn voorstel tot verdeling van de activa onder de schuldeisers voor. Na aanvaarding of gedwongen opname van schuldvordering, gaat hij bij voldoende gerealiseerd actief, over tot al dan niet proportionele uitbetaling van de schuldeiser.