Lening woning vanaf 2020 : nog recht op een belastingsvoordeel?

Vlamingen en Brusselaars die in 2020 leenden voor een eigen stek kregen bij de aankoop een korting op de registratiebelasting. Keerzijde van de medaille is dat er geen voordeel meer kan worden gevraagd via de belastingaangifte.

Het was jarenlang een belangrijk belastingvoordeel: de lening voor het huis of appartement waarin u woont. Dat belastingvoordeel is al zes jaar een bevoegdheid van de gewesten, en die hebben er intussen een eigen invulling aan gegeven. Het Brussels Gewest nam als eerste het initiatief: al in 2017 werd het voordeel via de jaarlijkse belastingaangifte daar vervangen door een korting op de registratiebelasting die bij de aankoop moet worden neergeteld.
Het Vlaams Gewest volgde dat voorbeeld voor leningen afgesloten vanaf 2020.
Dat maakt dat voor woonleningen afgesloten in 2020 er alleen nog een belastingvoordeel is voor wie op 1 januari 2021 in het Waals Gewest woont: de ‘chèque habitat’ of wooncheque.
Die is er voor leningen op minstens tien jaar voor de ‘enige’ en ‘eigen’ woning.
De lening moet
  • met een hypotheek zijn gewaarborgd,
  • een mandaat volstaat niet.

Wat levert de wooncheque op?

Het belastingvoordeel hangt af van het netto belastbaar inkomen (NBI) en het aantal kinderen ten laste, wat betekent dat het van jaar tot jaar kan verschillen.
Het maximale voordeel van 1.520 euro is er voor wie minder dan 22.380 euro verdient. Naarmate het inkomen stijgt, daalt het belastingvoordeel. Het wordt berekend volgens de formule: 1.520 euro – (netto belastbaar inkomen – 22.380) x 1,275%. Wie meer dan 86.322 euro verdient, krijgt geen enkel belastingvoordeel. Voor elk kind ten laste op 1 januari 2021 is er een toeslag van 125 euro.
De wooncheque kan nooit langer worden toegekend dan de looptijd van de lening en is sowieso beperkt tot 20 jaar. Na tien jaar halveert de waarde van de wooncheque automatisch. Ook als u tijdens de looptijd van de lening ander vastgoed koopt, halveert de wooncheque. Als de wooncheque al gehalveerd is in de eerste tien jaar, is er geen automatische halvering meer vanaf het 11de jaar.

Wel belastingvoordeel voor het deel van de gezinswoning dat u niet privé gebruikt

Gebruikt u een gedeelte van uw woning voor uw beroep of wordt het verhuurd? Voor de fiscus valt dat niet onder ‘gezinswoning’, maar onder ‘ander vastgoed’.
De gewesten zijn alleen bevoegd voor de gezinswoning, de federale overheid bepaalt de regels voor ander vastgoed.
Daardoor kan het deel van de woonlening dat betrekking heeft op het beroeps- of verhuurde deel wél een belastingvoordeel opleveren, volgens de federale regels.
Vergeet dan niet het niet-geïndexeerde kadastraal inkomen dat betrekking heeft op het professioneel gebruik aan te geven in vak III.

De juiste codes

Alleen inwoners van het Waals Gewest vinden de benodigde codes op hun aangifteformulier. U geeft het totaalbedrag van de intresten en kapitaalaflossingen aan in vak IX in het blok ‘Gewestelijk’ onder de titel ‘1. Interesten en kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen (…) die in aanmerking komen voor de chèque habitat’. Concreet vult u bij de onderverdeling voor leningen gesloten in 2020 de code 3338/4338 in. Premies voor de schuldsaldoverzekering geeft u aan bij de code 3339/4339.