- 8 maart 2020
- Gepost door: Wouter
- Categorie: FAQ
De liquidatiereserve is een fiscaal vriendelijke manier om winsten van je vennootschap over te brengen naar je privévermogen. “Normaal gezien betaal je 30% roerende voorheffing op een dividenduitkering “Als je een liquidatiereserve aanlegt, betaal je slechts 10% vennootschapsbelasting bij aanleg plus onder omstandigheden 5% roerende voorheffing bij uitbetaling en in principe zelfs 0% bij liquidatie.”
Vijf jaar geduld = minder dan de helft van de normale taxatie
Wanneer je je vennootschap stopzet, kun je de liquidatiereserve in principe belastingvrij overzetten naar je privévermogen. “Maar je kunt het geld ook vroeger overbrengen naar je privévermogen.”
Je kunt de liquidatiereserve – of een deel ervan – als een dividend uit je vennootschap halen. Je betaalt dan nog eens een roerende voorheffing van 5%. Twee keer betalen schrikt sommige ondernemers af. Onterecht, want 10% plus 5% is nog altijd een pak minder dan de 30% die je normaal betaalt. Door de eigenheid van de berekening bedraagt de totale belastingdruk zelfs geen 15%, maar 13,64%. Het blijft dus een bijzonder interessante manier om winsten fiscaal vriendelijk uit je bedrijf te halen.
“De enige voorwaarde is dat je een wachttijd van vijf jaar respecteert. Het geld moet dus vijf jaar binnen je vennootschap blijven, maar je mag met de aangelegde reserve doen wat je wilt. Je mag ze op een spaarboekje zetten, je mag ze beleggen, je mag er zelfs investeringen mee doen. Dat maakt van de liquidatiereserve een bijzonder aantrekkelijke manier om geld van je vennootschap naar je privé te halen.”
Wij gaan als kantoor deze reserve elk jaar moeten boeken op apart rekeningnummer; daar ook formulieren van bijhouden en deze ook in biztax noteren. Zo bespaar je 15 procent bij uitkeren van je winst.
Dit jaar komen er reeks liquidatiereserves vrij die wij afgelopen jaren hebben aangelegd. Wij zullen je ook dit jaar informeren welke stappen er moeten genomen worden om deze reserves vrij te maken