U leen­de in 2015: hoe in­ge­ven in uw be­las­ting­aan­gif­te?


Voor ko­pers en bou­wers was 1 ja­nu­a­ri 2015 een be­lang­rijk schar­nier­punt. Voor het eerst le­ver­de een woon­le­ning in het Vlaams Ge­west veel min­der op dan in Wal­lo­nië of Brus­sel. 

Hoe­veel belasting­voordeel krijgt u als u in 2015 leen­de voor uw ge­zins­wo­ning? En hoe geeft u die le­ning aan?

 

Veel Vla­min­gen heb­ben hun koop- en bouw­plan­nen eind 2014 ver­sneld om nog aan­spraak te kun­nen maken op de oude woon­bo­nus. Te­recht, want voor le­nin­gen vanaf 1 ja­nu­a­ri 2015 is in het be­las­ting­voor­deel dras­tisch het mes gezet. De Waal­se re­ge­ring voer­de een be­perk­te wij­zi­ging door, ter­wijl Brus­sel alles nog een jaar­tje bij het oude liet. Daar­door re­cu­pe­reert een Vla­ming die in 2015 leen­de via zijn be­las­ting­aan­gif­te tot 465 euro min­der voor zijn woon­le­ning dan een Brus­se­laar en tot 308 euro min­der dan een Waal. Welk ge­wes­te­lijk be­las­ting­voor­deel u ge­niet, hangt af van uw fis­ca­le woon­plaats op 1 ja­nu­a­ri 2016.

 

Op uw aan­gif­te zijn er ge­vol­gen.

Er wordt in vak IX-B een on­der­scheid ge­maakt tus­sen ‘le­nin­gen ge­slo­ten in 2015’  ( code 3360/4360 en 3361/4361) en ‘le­nin­gen ge­slo­ten van 2005 tot 2014’.

 

Wat is de ge­wes­te­lij­ke woon­bo­nus?

Het is een be­las­ting­ver­min­de­ring voor de be­taal­de in­tres­ten, ka­pi­taal­a­f­los­sin­gen en de pre­mies van uw schuld­sald­over­ze­ke­ring. Het be­drag van de le­ning dat in aan­mer­king komt voor de ver­min­de­ring blijft be­perkt tot het be­drag ge­leend voor de aan­koop van de wo­ning. Ook het deel van uw le­ning dat ge­bruikt wordt om de no­ta­ris­kos­ten, re­gi­stra­tie­rech­ten of btw te fi­nan­cie­ren, komt in aan­mer­king. Het stuk dat u ge­bruikt voor de hy­po­theek- en bank­kos­ten is uit­ge­slo­ten.

 

Wat le­vert de woon­bo­nus op in elk ge­west?

 

Het ba­sis­be­drag van de woon­bo­nus is ver­laagd naar 1.520 euro be­taal­de in­tres­ten, ka­pi­taal­a­f­los­sin­gen en pre­mies voor een schuld­sald­over­ze­ke­ring. De ver­ho­ging met 760 euro tij­dens de eer­ste tien jaar van de le­ning en de toe­slag van 80 euro voor wie min­stens drie kin­de­ren ten laste heeft, blij­ven be­hou­den. Die be­dra­gen wor­den niet lan­ger geïndexeerd: ze gel­den ook de vol­gen­de jaren.

 

1.520€
In Vlaan­de­ren is het ba­sis­be­drag van de woon­bo­nus ver­laagd naar 1.520 euro be­taal­de in­tres­ten, kapitaal­aflossingen en pre­mies voor een schuld­sal­do-ver­ze­ke­ring.

OP­TI­MA­LI­SEER
Ge­huw­den en wet­te­lijk sa­men­wo­nen­den die samen een be­las­ting­aan­gif­te in­die­nen en al­le­bei vol­doen aan de voor­waar­den van de woon­bo­nus kun­nen de in­tres­ten, ka­pi­taal­a­f­los­sin­gen en pre­mies voor de schuld­sald­over­ze­ke­ring vrij onder el­kaar ver­de­len. Het maakt niet uit wie de be­dra­gen wer­ke­lijk heeft be­taald. Voor­waar­de is wel dat elke part­ner mee heeft ge­leend en bo­ven­dien me­de-ei­ge­naar, vrucht­ge­brui­ker, erf­pach­ter of op­stal­hou­der is van de wo­ning. Heeft maar één part­ner recht op de woon­bo­nus? Dan moe­ten de be­ta­lin­gen wor­den ver­deeld in ver­hou­ding tot het ei­gen­doms­aan­deel. Dat is ook de ver­plich­te werk­wij­ze voor fei­te­lij­ke sa­men­wo­ners.

 

U krijgt een be­las­ting­ver­min­de­ring tegen een vast ta­rief van 40 pro­cent, wat het maxi­ma­le be­las­ting­voor­deel op 944 euro (ex­clu­sief ge­meen­te­be­las­ting) brengt.

 

Brus­sels Ge­west
Het Brus­sels Ge­west be­hield voor le­nin­gen ge­slo­ten in 2015 een ba­sis­be­drag van 2.290 euro, een toe­slag van 760 euro tij­dens de eer­ste tien jaar en van 80 euro voor drie kin­de­ren ten laste. Die be­dra­gen wor­den wel nog jaar­lijks geïndexeerd. Het ta­rief van het be­las­ting­voor­deel werd op 45 pro­cent vast ge­bracht. Dat re­sul­teert in een maxi­maal be­las­ting­voor­deel van 1.409 euro (ex­clu­sief ge­meen­te­be­las­tin­gen).

 

Waals Ge­west
Het ba­sis­be­drag bleef er on­ver­an­derd: 2.290 euro. Daar­bo­ven­op kan een toe­slag met 760 euro de eer­ste tien jaar en van 80 euro voor drie kin­de­ren komen. Die be­dra­gen wor­den niet lan­ger geïndexeerd. Ze geven recht op een be­las­ting­ver­min­de­ring tegen een vast ta­rief van 40 pro­cent, wat het maxi­ma­le voor­deel op 1.252 euro (ex­clu­sief ge­meen­te­be­las­tin­gen) brengt. Sinds 1 no­vem­ber 2015 is de woon­bo­nus in de tijd be­perkt, tot de duur­tijd van de initiële le­ning. Het is dus niet mo­ge­lijk om lan­ger aan­spraak te maken op de woon­bo­nus door de duur­tijd van de le­ning te ver­len­gen.

 

Wat zijn de voor­waar­den voor de woon­bo­nus?

 

De akte voor de hy­po­the­cai­re in­schrij­ving moet voor 31 de­cem­ber 2015 bij de no­ta­ris ver­le­den zijn. Het is niet nodig dat u de le­ning al bent be­gin­nen af te be­ta­len.
Op 31 de­cem­ber 2015 mag u geen ei­ge­naar zijn van een an­de­re wo­ning. Was u toch ei­ge­naar? De an­de­re wo­ning moet op zijn minst te koop staan eind 2015 en ui­ter­lijk ver­kocht zijn op 31 de­cem­ber 2016. Er wordt ech­ter geen re­ke­ning ge­hou­den met wo­nin­gen waar­van u de me­de-ei­gen­dom, blote ei­gen­dom of het vrucht­ge­bruik erfde; wel met wo­nin­gen waar­van u de volle ei­gen­dom erfde of de blote ei­gen­dom ge­schon­ken kreeg.
U moet op 31 de­cem­ber 2015 in de ge­fi­nan­cier­de wo­ning wonen. In een aan­tal spe­ci­fie­ke si­tu­a­ties kunt u ech­ter wel de woon­bo­nus krij­gen, hoe­wel u er niet woont. Zo kan de wo­ning nog volop ge­bouwd, ver­bouwd of ver­nieuwd wor­den. An­de­re re­de­nen zijn bij­voor­beeld een clau­su­le in de koop­over­een­komst dat de huur­der er nog een be­paal­de pe­ri­o­de kan ver­blij­ven of de ver­plich­ting om bin­nen een be­paal­de straal van de werk­plek te wonen.
U moet lenen voor de aan­koop, bouw, (ge­deel­te­lij­ke) re­no­va­tie of het be­houd van een wo­ning. Als u al­leen een bouw­grond koopt (zon­der wo­ning), komt u niet in aan­mer­king voor de woon­bo­nus. U krijgt het be­las­ting­voor­deel wel als u leen­de om de erf­be­las­ting van een geërfde wo­ning te be­ta­len of als u al me­de-ei­ge­naar bent en leent om het deel van een an­de­re me­de-ei­ge­naar over te kopen. De ge­fi­nan­cier­de wo­ning moet niet nood­za­ke­lijk in België lig­gen, maar kan ook in een ander land van de Eu­ro­pe­se Eco­no­mi­sche Ruim­te ge­le­gen zijn.
De le­ning moet ge­waar­borgd zijn door een hy­po­the­cai­re in­schrij­ving. Leent u een hoger be­drag dan wat fis­caal benut kan wor­den? Dat sur­plus kunt u waar­bor­gen met een hy­po­the­cair man­daat. Dat is aan­zien­lijk goed­ko­per dan een hy­po­the­cai­re in­schrij­ving.
De le­ning moet mi­ni­maal 10 jaar lopen en ge­slo­ten zijn bij een in­stel­ling in de Eu­ro­pe­se Eco­no­mi­sche Ruim­te.

Wat als u niet aan de voor­waar­den voor de woon­bo­nus vol­doet?

 

Ook wie niet in aan­mer­king komt voor de woon­bo­nus kan wel nog een be­las­ting­voor­deel krij­gen. De ka­pi­taal­a­f­los­sin­gen en pre­mies van uw schuld­sald­over­ze­ke­ring komen in aan­mer­king voor de ge­wes­te­lij­ke be­las­ting­ver­min­de­ring van het lan­ge­ter­mijnspa­ren. Die be­las­ting­ver­min­de­ring wordt be­re­kend tegen een vast ta­rief van 30 pro­cent. De be­dra­gen die u fis­caal kunt in­bren­gen, moe­ten be­perkt wor­den in func­tie van het be­drag van de le­ning.

 

Voor wie in het Vlaams Ge­west woont, ligt het pla­fond op 76.110 euro, in de an­de­re ge­wes­ten is dat 76.360 euro. U ver­me­nig­vul­digt de be­taal­de be­dra­gen met een breuk met in de tel­ler 76.110 of 76.360 en in de noe­mer het aan­vangs­be­drag van uw le­ning. De be­taal­de ka­pi­taal­a­f­los­sin­gen geeft u aan in ru­briek B. 3. bij code 3358/4358, de pre­mies voor een schuld­sald­over­ze­ke­ring bij code 3353/4353.

 

De be­taal­de in­tres­ten le­ve­ren al­leen in het Vlaams Ge­west nog een be­las­ting­voor­deel op. U geeft ze aan in ru­briek B. 2. bij code 1351. Dat le­vert een maxi­maal voor­deel op ten be­lo­pe van uw netto on­roe­rend in­ko­men tegen mar­gi­naal ta­rief. Als u geen ander vastgoed hebt dan uw ge­zins­wo­ning, dan is dat maxi­maal 12,5 pro­cent van het geïndexeer­de ka­das­traal in­ko­men van uw eigen wo­ning.

 

Bij kop­pels wor­den de voor­waar­den per part­ner ge­con­tro­leerd. Het is dus per­fect mo­ge­lijk dat één part­ner vol­doet aan de voor­waar­den en de an­de­re part­ner niet. Een voor­beeld is een part­ner die al een ap­par­te­ment­je had en in 2015 samen met zijn part­ner een gro­te­re ge­zins­wo­ning kocht.

 

DENK TWEE KEER NA VOOR­AL­EER U UW SCHULD­SAL­DO- VER­ZE­KE­RING AAN­GEEFT
Met de woon­bo­nus kunt u fis­caal voor­deel halen uit de pre­mies die u be­taal­de voor uw schuld­sald­over­ze­ke­ring. Maar dat is al­leen zin­vol als u op het einde van het jaar leen­de en dus on­vol­doen­de in­tres­ten en ka­pi­taal­a­f­los­sin­gen hebt be­taald in 2015 om uw fis­ca­le korf te vul­len. Het aan­ge­ven van uw schuld­sald­over­ze­ke­ring heeft be­lang­rij­ke con­se­quen­ties. Zodra u uw schuld­sald­over­ze­ke­ring ook maar één keer op­neemt in uw be­las­ting­aan­gif­te, wordt een even­tu­e­le la­te­re uit­ke­ring be­last. Uw erf­ge­na­men krij­gen dus de re­ke­ning ge­pre­sen­teerd, zelfs al le­ver­de de aan­gif­te geen extra be­las­ting­voor­deel op.