VVPR-regeling voor startersvennootschap

 

In principe bedraagt het basistarief van de roerende voorheffing bij een dividenduitkering 30%. Een kmo kan dat standaardtarief echter ontwijken, en slechts 15% en 20% roerende voorheffing betalen, door dividenden uit te keren die voortkomen uit het zgn. VVPRbis-kapitaal, wat staat voor Verlaagde Voorheffing Précompte Réduit. De verlaagde roerende voorheffing is slechts van toepassing op inbrengen in geld, gedaan vanaf 1 juli 2013. Dat is echter niet de enige voorwaarde waaraan moet worden voldaan. De dividenden moeten nl. worden uitgekeerd door een kleine vennootschap in de zin van het Wetboek Vennootschappen die voortkomen uit nieuwe aandelen op naam. Deze aandelen op naam moeten tenslotte in principe in volle eigendom aangehouden worden vanaf de kapitaalinbreng.

De verlaagde roerende voorheffing is niet onmiddellijk van toepassing. De dividenden mogen ten vroegste toegekend zijn uit de winst van het tweede boekjaar of volgende na dat van de inbreng. In dat geval bedraagt de roerende voorheffing 20%. Wie nog langer geduld en wacht met de dividenduitkering die voortkomt uit de winsten van het derde boekjaar of volgende na dat van de inbreng, betaalt slechts 15% roerende voorheffing. Anders gesteld, een dividenduitkering uit de winst van het boekjaar van de inbreng zelf of het eerste boekjaar na de inbreng is onderworpen aan 30% roerende voorheffing.

In principe zijn vennootschappen zonder minimaal maatschappelijk kapitaal uitgesloten van deze regeling, tenzij haar maatschappelijk kapitaal na de inbreng beantwoordt aan het minimumkapitaal van een bvba, nl. minstens 18.550 euro. De Rulingdienst heeft zich onlangs gebogen over de vraag of ook een Starters-bvba van de VVPRbis-regeling gebruik kan maken. Zo’n S-bvba kon destijds zelfs met 1 euro opgericht worden. De Rulingdienst is dan ook van mening dat een S-bvba geen vennootschap is zonder een minimaal maatschappelijke kapitaal, ook bedraagt het kapitaal slechts 1 euro. Zij besluit dan ook dat een S-bvba van de fiscaal gunstige VVPRbis-regeling gebruik kan maken. De rulingdienst wijst er wel op dat er echter geen sprake mag zijn van misbruik. Er moeten m.a.w. andere, dan fiscale motieven in het spel zijn om van de regeling gebruik te kunnen maken.