Wat mag de fiscus vragen aan jou bij een controle?

Volgens artikel 316 WIB92 is «eenieder die onderhevig is aan de personenbelasting, de vennootschapsbelasting, de rechtspersonenbelasting of de belasting van niet-inwoners verplicht de administratie, op haar verzoek, (…) schriftelijk alle inlichtingen te verstrekken die van hem worden gevorderd met het oog op het onderzoek van zijn fiscale toestand».

Deze inlichtingen mogen betrekking hebben op alle categorieën van inkomsten die bijdragen tot de vorming van de belastbare grondslag (inkomsten uit onroerende goederen, beroepsinkomsten, diverse inkomsten en in bepaalde gevallen, roerende inkomsten).

Een vraag om inlichtingen is in essentie een vraag om een nadere verklaring of toelichting van een voor de fiscus reeds bekend feit. De fiscus kan niet op zoek gaan naar de feiten zelf. Volgens de commentaar op de inkomstenbelastingen mag de aanslagambtenaar de belastingplichtige uitnodigen om bepaalde documenten, bijvoorbeeld attesten of bewijsstukken, tot staving van zijn antwoord mee te delen (Com.IB92 nr. 316/7). Deze stukken dienen dus enkel ter staving van het antwoord van de belastingplichtige. De fiscus mag een vraag om inlichtingen niet aanwenden voor het opvragen van stukken om naar de feiten zelf op zoek te gaan (zgn. «fishing»).