Wat verandert voor uw geld in 2016?

Een nieuw jaar brengt tra­di­ti­o­neel heel wat ver­an­de­rin­gen met zich mee voor uw geld­za­ken. Voor 2016 kun­nen we zelfs spre­ken van een klei­ne aard­ver­schui­ving.

 

Loon: Meer netto voor het­zelf­de loon

 

Goed nieuws voor wie aan de slag is als werk­ne­mer: u krijgt in 2016 netto meer in han­den van een­zelf­de bru­to­loon. En dat is al voel­baar voor het loon uit­be­taald voor de maand ja­nu­a­ri. Hoe komt dat? In het kader van de taxshift heeft de re­ge­ring maat­re­ge­len ge­no­men om de koop­kracht aan te zwen­ge­len. In 2015 werd een eer­ste stap gezet, maar in 2016 wordt het voor­deel aan­zien­lijk gro­ter.

 

De lonen wor­den in 2016 po­si­tief beïnvloed door de com­bi­na­tie van een hoger kos­ten­for­fait, een gro­ter deel van het in­ko­men dat tegen 25 pro­cent in plaats van tegen 30 pro­cent wordt be­last, en ten slot­te de werk­bo­nus voor de laag­ste in­ko­mens.

 

Het groot­ste voor­deel is er voor de laag­ste in­ko­mens, maar ook de hoge in­ko­mens zijn beter af. Wie een bru­to­maand­loon heeft van 1.500 euro krijgt 83 euro extra net­to­loon per maand op zijn re­ke­ning ge­stort. Voor een in­ko­men van 3.000 euro is dat 55 euro, voor een in­ko­men van 5.500 euro 21 euro.

 

Bou­wen: Bou­wen en re­no­ve­ren duur­der

 

Zowel bou­wers als ver­bou­wers zijn slech­ter af in 2016. Bou­wers moe­ten aan stren­ge­re iso­la­tie-ei­sen vol­doen. Voor ste­den­bouw­kun­di­ge bouw­ver­gun­nings­aan­vra­gen in­ge­diend in 2015 vol­stond een norm van E60, voor wie in 2016 een ver­gun­nings­aan­vraag in­dient is dat E50. Er zijn ook stren­ge­re ener­gie-ei­sen om in aan­mer­king te komen voor een kor­ting op de on­roe­ren­de voor­hef­fing en de E-peil­pre­mie van de net­be­heer­der. Voorts gel­den stren­ge­re eisen voor de ven­ti­la­tie­sys­te­men in wo­nin­gen. Voor het begin van de wer­ken moet een ven­ti­la­tie­rap­port wor­den op­ge­maakt en na de wer­ken een pres­ta­tie­ver­slag van het ge­plaatste ven­ti­la­tie­sys­teem.

 

Ver­bou­wers die door een vak­man wer­ken laten uit­voe­ren aan een wo­ning tus­sen vijf en tien jaar kun­nen geen aan­spraak meer maken op het ver­laag­de btw-ta­rief van 6 pro­cent. De ou­der­doms­ver­eis­te voor de re­no­va­tie van privéwo­nin­gen is op­ge­trok­ken van vijf naar tien jaar. Voor wer­ken aan wo­nin­gen onder tien jaar moet voort­aan 21 pro­cent btw be­taald wor­den op zowel de ge­bruik­te ma­te­ri­a­len als op de ge­fac­tu­reer­de werk­uren.

 

Ener­gie: Elek­tri­ci­teit fors duur­der

 

Ook voor uw stroom­fac­tuur zijn en­ke­le stij­gin­gen op til. Vanaf 1 ja­nu­a­ri gel­den de nieu­we dis­tri­bu­tie­net­ta­rie­ven, de ver­goe­ding voor het ge­bruik van het stroom­net van Ean­dis en In­frax. Die zal ge­mid­deld 12 euro per jaar hoger lig­gen. Er zijn kos­ten ver­re­kend die in het ver­le­den te wei­nig in re­ke­ning wer­den ge­bracht, zoals de steun aan de ei­ge­naars van zon­ne­pa­ne­len.

 

Tot een ster­ker ef­fect ech­ter leidt de af­schaf­fing van het gra­tis vo­lu­me aan stroom. Elk gezin in Vlaan­de­ren kreeg 100 ki­lo­watt­uur gra­tis, plus 100 ki­lo­watt­uur per ge­do­mi­ci­li­eerd ge­zins­lid. Dat werd ver­re­kend als een kor­ting op de stroom­fac­tuur. In 2015 was dat tegen 19 cent per ki­lo­watt­uur. Voor een gezin van vier per­so­nen ging het dus om een kor­ting van 95 euro.

 

Voor een ge­mid­deld gezin dat 3.500 kWh ver­bruikt, stijgt de re­ke­ning naar 911 euro, be­re­ken­de de ener­gie­re­gu­la­tor VREG. Dat is 235 euro meer dan begin 2015. Voor wie zon­ne­pa­ne­len heeft, stijgt het pro­su­men­ten­ta­rief (de ver­goe­ding voor het ge­bruik van het stroom­net).

 

In maart volgt de in­voe­ring van de Tur­tel­taks, een hef­fing die voor de mees­te ge­zin­nen 100 euro be­draagt, ook voor wie zon­ne­pa­ne­len heeft.

 

Auto: Die­sel­rij­den be­straft, elek­trisch be­loond

 

De Vlaam­se re­ge­ring her­vorm­de de ver­keers­be­las­ting met de be­doe­ling die te ‘ver­groe­nen’ en ver­vui­len­de wa­gens zwaar­der te be­las­ten. Voor­al die­sel­wa­gens wor­den zwaar­der be­last.

 

De ver­keers­fis­ca­li­teit omvat de een­ma­li­ge be­las­ting op de in­ver­keers­tel­ling (BIV) en de jaar­lijk­se ver­keers­be­las­ting. De BIV van die­sel­wa­gens die vol­doen aan de mi­li­eu­tech­ni­sche Eu­ro6-norm en die tot nu een lage BIV be­taal­den, krij­gen voort­aan even­eens een BIV van en­ke­le hon­der­den euro’s op­ge­legd. De BIV van een ben­zi­ne­wa­gen met een re­la­tief lage CO2-uit­stoot ligt aan­zien­lijk lager.

 

Daar­naast daalt de jaar­lijk­se ver­keers­be­las­ting van veel ben­zi­ne­au­to’s, waar die van die­sel­wa­gens met een paar tien­tal­len euro’s toe­neemt.

 

Ove­ri­gens wordt de­zelf­de lijn aan­ge­hou­den voor de ac­cijn­zen op brand­stof­fen, die toe­ne­men voor die­sel en af­ne­men voor ben­zi­ne.

 

Om elek­trisch rij­den aan te moe­di­gen, voer­de de Vlaam­se re­ge­ring een pre­mie in die in de be­gin­fa­se kan op­lo­pen tot 5.000 euro. Daar­door kan de aan­koop­prijs van een be­schei­den elek­tri­sche wagen een kwart lager uit­val­len. Elek­tri­sche wa­gens wor­den bo­ven­dien vrij­ge­steld van BIV en ver­keers­be­las­ting.

 

Zelf­stan­di­gen: Eer­ste stap ver­la­ging so­ci­a­le bij­dra­gen

 

Op de eer­ste schijf tot 55.577 euro be­taalt u in 2016 21,5% so­ci­a­le bij­dra­gen.

 

Dit jaar en de ko­men­de jaren dalen de so­ci­a­le bij­dra­gen voor zelf­stan­di­gen van 22 pro­cent van het netto be­last­baar in­ko­men naar 20,5 pro­cent. In 2016 wordt een eer­ste ver­la­ging door­ge­voerd naar 21,5 pro­cent. Dat is het ta­rief dat geldt voor de eer­ste schijf van het in­ko­men, tot 55.577 euro. Op de vol­gen­de schijf is het ta­rief 14,16 pro­cent, en op het in­ko­men boven 81.903 euro zijn geen bij­ko­men­de so­ci­a­le bij­dra­gen meer ver­schul­digd. Het is nog niet be­kend of de grens­be­dra­gen wor­den geïndexeerd voor 2016.

 

Daar­naast is er de op­val­len­de maat­regel uit de taxshift dat geen werk­ge­vers­bij­dra­gen meer ver­schul­digd zijn voor wie tus­sen 2016 en 2020 zijn eer­ste werk­ne­mer in dienst neemt. Tot nu kreeg de werk­ge­ver een las­ten­ver­la­ging voor die eer­ste werk­ne­mer ge­du­ren­de der­tien kwar­ta­len, waar­door de so­ci­a­le bij­dra­gen bij een ge­mid­deld loon tot min­der dan de helft te­rug­vie­len, maar daar­na wer­den de vol­le­di­ge werk­ge­vers­bij­dra­gen aan­ge­re­kend. De las­ten­ver­la­gin­gen die er waren voor de eer­ste tot vijf­de aan­wer­ving schui­ven door naar de twee­de tot zesde aan­wer­ving. Die las­ten­ver­la­gin­gen le­ve­ren ge­spreid over 13 kwar­ta­len een kor­ting op de werk­ge­vers­bij­dra­gen op van 13.750 euro per werk­ne­mer.

 

Pen­si­oen: Ren­de­ment be­drijfs­pen­si­oen om­laag

 

nieu­we stor­tin­gen voor een aan­vul­lend pen­si­oen in de twee­de pij­ler le­ve­ren mi­ni­maal 1,75 pro­cent op. Voor­heen was dat mi­ni­maal 3,25%.

 

Wie uit­zicht heeft op een aan­vul­lend pen­si­oen via zijn werk­ge­ver ge­niet op stor­tin­gen in 2016 een mi­ni­mum­ren­de­ment van 1,75 pro­cent. Werk­ge­vers en werk­ne­mers slo­ten daar­over in ok­to­ber een ak­koord om de toe­komst van de twee­de pen­si­oen­pij­ler vei­lig te stel­len. Tot nu moest de werk­ge­ver 3,25 pro­cent ga­ran­de­ren op zijn stor­tin­gen, en op de eigen bij­dra­gen van de werk­ne­mer zelfs 3,75 pro­cent.

 

Het wordt on­mo­ge­lijk het aan­vul­lend pen­si­oen op te nemen voor­al­eer ie­mand ef­fec­tief met (ver­vroegd) pen­si­oen gaat. Daar­door schuift de mi­ni­ma­le op­na­me­leef­tijd stap voor stap op: van 62 jaar in 2016 naar 63 in 2018. De be­doe­ling is de ac­ti­vi­teits­graad onder de ou­de­re werk­ne­mers te ver­ho­gen en te be­let­ten dat ie­mand het ka­pi­taal van het be­drijfs­pen­si­oen op­neemt om de pe­ri­o­de tot aan het ef­fec­tie­ve pen­si­oen fi­nan­ci­eel te over­brug­gen. Er zijn wel uit­zon­de­rin­gen voor wie nu al dicht bij het pen­si­oen staat. Wie vol­gend jaar 58 jaar wordt of ouder, kan het be­drijfs­pen­si­oen nog al­tijd op­ne­men vanaf 60 jaar, al­thans als die mo­ge­lijk­heid in het pen­si­oen­plan van de werk­ge­ver is vast­ge­legd.

 

Uw geld: Spaar­der en be­leg­ger zwaar­der be­last

 

De roe­ren­de voor­hef­fing op in­tres­ten en di­vi­den­den stijgt van 25 naar 27 pro­cent.

 

Als spaar­der en be­leg­ger be­taalt u meer be­las­tin­gen. Zo stijgt de roe­ren­de voor­hef­fing op in­tres­ten en di­vi­den­den van 25 naar 27 pro­cent. Er blij­ven wel en­ke­le uit­zon­de­rin­gen be­staan. Voor spaar­boek­jes geldt een fis­ca­le vrij­stel­ling op de in­tres­ten tot 1.880 euro. Boven die drem­pel blijft het ta­rief 15 pro­cent. Ook de Le­ter­me-staats­bon, uit­ge­ge­ven in 2011, blijft de la­ge­re roe­ren­de voor­hef­fing van 15 pro­cent ge­nie­ten. Voor de volks­le­ning en de re­si­den­tiële vast­goed­ven­noot­schap­pen valt het uit­zon­de­rings­ta­rief weg.

 

De spe­cu­la­tie­taks voor aan­de­len en af­ge­lei­de pro­duc­ten is ook van kracht. Die be­draagt 33 pro­cent en wordt aan­ge­re­kend op de meer­waar­de als de ef­fec­ten bin­nen zes maan­den ver­kocht wor­den. Be­lang­rijk: de meer­waar­de wordt vast­ge­steld in de oor­spron­ke­lij­ke munt en min­waar­den zijn niet af­trek­baar, be­hal­ve bin­nen de­zelf­de aan­de­len­po­si­tie. U kunt de winst op het ene aan­deel dus niet com­pen­se­ren met het ver­lies op het an­de­re. De taks is ook van toe­pas­sing op op­ties, war­rants, turbo’s, spee­ders, sprin­ters en fu­tu­res, maar niet op cer­ti­fi­ca­ten die een aan­de­len­koers vol­gen (CFD’s).

 

Be­las­tin­gen: Be­las­ting­voor­de­len be­vro­ren

 

De jaar­lijk­se in­dexe­ring van de fis­ca­le grens­be­dra­gen heeft een be­perk­te im­pact. Het be­drag aan PWA- en dien­sten­che­ques dat u fis­caal kunt in­bren­gen, stijgt van 1.400 naar 1.410 euro. De maxi­ma­le be­las­ting­ver­min­de­ring voor dak­iso­la­tie gaat in het Vlaams en Waals Ge­west met 20 euro om­hoog, naar 3.070 euro. Het Brus­sels Ge­west heeft het be­las­ting­voor­deel ge­schrapt. Die nieu­we pla­fonds zijn van be­lang voor uw in­kom­sten en uit­ga­ven van 2016, die u zult aan­ge­ven in uw be­las­ting­aan­gif­te van 2017.

 

De be­stuur­ders van een mi­li­eu­vrien­de­lij­ke be­drijfs­wa­gen be­ta­len iets meer: het mi­ni­maal be­last­ba­re voor­deel voor de wagen stijgt met 10 euro naar 1.260 euro.

 

De grens­be­dra­gen voor het be­las­ting­voor­deel voor onder an­de­re pen­si­oen­spa­ren (940 euro), lan­ge­ter­mijnspa­ren (2.260 euro) en de vrij­ge­stel­de in­tres­ten op een spaar­boek­je (1.880 euro) blij­ven on­ver­an­derd. De jaar­lijk­se in­dexe­ring voor die be­las­ting­ver­min­de­ring – waar­over de fe­de­ra­le re­ge­ring be­slist – werd voor vier jaar ge­schrapt, tot en met aan­slag­jaar 2018.

 

 

 

Ook nieuw voor uw geld in 2016

 

 

 

  •  De Vlaam­se woon­bo­nus is er voort­aan voor elke eigen wo­ning, zo­lang de kre­diet­ne­mer die be­woont. Het be­las­ting­voor­deel is wel be­perkt tot het ba­sis­be­drag van 1.520 euro voor wie al ei­ge­naar is.

  •  Het maxi­ma­le be­drag van de maal­tijd­che­questijgt met 1 euro naar 8 euro. Be­ta­len met pa­pie­ren maal­tijd­che­ques kan niet meer, elek­tro­ni­sche maal­tijd­che­ques zijn de regel.

  •  Ont­sla­gen werk­ne­mers die recht heb­ben op een op­zeg­ver­goe­ding van min­stens 30 weken, moe­ten een out­pla­ce­ment­be­ge­lei­ding naar een an­de­re baan vol­gen.

  •  Wie privé mag rij­den met een be­drijfs­wa­gen wordt be­last op een hoger voor­deel van alle aard we­gens de aan­pas­sing van de stan­daard-CO2-uit­stoot.

  •  Per liter fris­drank wordt een sui­ker­taks van 3 cent extra ac­cijn­zen aan­ge­re­kend.

  •  Ook de ac­cijn­zen op tabak stij­gen: 70 cent per pak rol­ta­bak, 13 cent per pakje si­ga­ret­ten.

  •  De wa­ter­f­ac­tuur wordt her­vormd. Het ta­rief wordt pro­gres­sief, en ligt dus hoger voor wie veel water ver­bruikt. Daar­naast wordt het gra­tis vo­lu­me water af­ge­schaft. Er komt wel een ge­zins­cor­rec­tie van 20 euro per jaar per ge­zins­lid, naast so­ci­a­le cor­rec­ties.

  •  Brus­sel ver­hoogt de on­roe­ren­de voor­hef­fing met ge­mid­deld 12 pro­cent. Maar een Brus­se­laar die ver­blijft in de wo­ning waar hij ei­ge­naar van is, krijgt een kor­ting van 120 euro.

  •  Op es­the­ti­sche in­gre­pen zoals borst­ver­gro­tin­gen of rim­pel­be­han­de­lin­gen geldt voort­aan 21 pro­cent btw, ten­zij het gaat om re­con­struc­tie­ve in­gre­pen.

  •  Ver­vroegd met pen­si­oen gaan kan in 2016 op 62 jaar na een loop­baan van 40 jaar.

  •  De mi­ni­mum­leef­tijd voor het over­le­vings­pen­si­oen wordt met een half jaar op­ge­trok­ken tot 45,5 jaar. Wie jon­ger is bij het over­lij­den van zijn ge­huw­de of wet­te­lijk sa­men­wo­nen­de part­ner krijgt een of twee jaar (als er kin­de­ren ten laste zijn) wel een over­gangs­uit­ke­ring.

  •  Wie in 2011 met pen­si­oen ging, ziet zijn pen­si­oen­be­drag met 2 pro­cent ver­hoogd in ja­nu­a­ri.

  •  Vrou­wen moe­ten een loop­baan van min­stens 32 jaar heb­ben om recht te heb­ben op werk­loos­heid met be­drijfs­toe­slag (SWT), beter be­kend als brug­pen­si­oen.

  •  Fi­nan­ciële in­stel­lin­gen ver­za­me­len zeer ge­de­tail­leer­de in­for­ma­tie over alle bui­ten­land­se cliënten. Die spe­len ze door aan de fis­cus van hun thuis­land, die de ge­ge­vens op zijn beurt uit­wis­selt met de fis­ca­le ad­mi­ni­stra­tie van het land waar de cliënt zijn fis­ca­le woon­plaats heeft.

  •  De roe­ren­de voor­hef­fing op de li­qui­da­tie­bo­nus stijgt van 25 naar 27 pro­cent. Om die aan­slag te ver­mij­den, kan de on­der­ne­mer een li­qui­da­tie­re­ser­ve aan­leg­gen.

  •  Uw num­mer­plaat in­rui­len voor een bu­sa­bon­ne­ment kan niet meer.

  •  De 28.000 kmo’s met een omzet tot 25.000 euro zijn niet lan­ger ver­plicht btw-kwar­taal­aan­gif­ten in te die­nen. Tot nu lag de grens op 15.000 euro. De uit­brei­ding van de vrij­stel­ling geldt niet voor de ho­re­ca en de bouw.

  •  Voor kmo’s stijgt de in­ves­te­rings­af­trek van 4 naar 8 pro­cent, voor zelf­stan­di­gen zon­der ven­noot­schap gaat hij van 3,5 naar 8 pro­cent.

  •  Een ge­wo­ne post­ze­gel voor België kost 2 cent meer. Bij aan­koop van tien ze­gels is de prijs 0,74 euro. Per stuk wordt dat 0,79 cent. Een in­ter­na­ti­o­na­le zen­ding wordt 3 cent duur­der.

  •  Vanaf ja­nu­a­ri moet u bij een be­stel­ling van dien­sten­che­ques een nieuw re­ke­ning­num­mer ge­brui­ken.

  •  In alle ver­huur­de wo­nin­gen ouder dan 70 jaar moe­ten rook­mel­ders aan­we­zig zijn. De ver­huur­der moet daar­voor zor­gen.